tot herstel en verhoging van haar zeer eigen stadsschoon
Stichting Veere
Tot herstel en verhoging van haar eigen stadsschoon
Bovenlichten of snijramen in Veere
In Veere staat een groot aantal huizen (65, waarvan het merendeel monument) dat van een bovenlicht is voorzien. De toepassing van bovenlichten hangt samen met de veranderende plattegronden van de woningen in de tweede helft van de zeventiende eeuw. De voorhuizen verdwijnen dan en de ruimte wordt ingedeeld met een voor- of zijkamer en een gang. De gang wordt dan verlicht door een raam boven de voordeur. In de vijftiende eeuw en de eerste helft van de zestiende eeuw kwamen ook wel bovenlichten voor, maar deze bestonden uit kleine stukken glas gevat in lood.
In de tweede helft van de zeventiende eeuw beschikte men over de techniek om grotere maten glas te snijden waardoor de glas in lood ramen in kruis kozijnen steeds meer werden vervangen door vensterglas dat gevat werd in houten roeden. Beroemde Amsterdamse architecten als Philips Vingboons en Adriaan Dortsman ontwierpen als eersten huizen met deze vensters boven de voordeur.
Echte snijramen, d.w.z. ramen met geornamenteerd houtsnijwerk dat zich bevindt voor het glas, ontstaan in het begin van de achttiende eeuw. Deze vaak rijk geornamenteerde ramen treft men in Veere niet aan in tegenstelling tot steden als Middelburg en Amsterdam. Dit zal er vermoedelijk mee te maken hebben, dat de periode van grootste welvaart in de tweede helft van de zeventiende eeuw voor Veere toen al voorbij was.
Datering
Het is moeilijk de datering van de verschillende vormen van bovenlichten in Veere vast te stellen. Waarschijnlijk hebben in de loop van de eeuwen restauraties in de voorgevels plaatsgevonden waardoor de onderscheiden indelingen van de bovenramen zijn veranderd. Toch kan men op grond van de stijl van de bovenlichten wel een datering aangeven.
Bovenlichten met ornamenten in de Lodewijk de XIVe stijl ( eerste helft 18e eeuw), Lodewijk de XVe stijl (3e kwart 18e eeuw), Lodewijk XVIe stijl ( 4e kwart 18e eeuw) en empire stijl (rond 1800) treft men in Veere niet aan. De vermoedelijke reden voor het ontbreken van deze veelal rijk geornamenteerde snijramen werd al genoemd.
Wel treft men raamindelingen aan die dateren uit het vierde kwart van de zeventiende eeuw: Kaai 31,59, 75, 83,89, 93, en 95. Markt 12, 19, 21 en 30, Oudestraat 51, Warwijksestraat 6 en Kraanstraat 5. We tonen hieronder enige voorbeelden:
Ruitvormen, al of niet gevat in diagonalen of maalkruisen, stammen uit het eerste kwart van de 19e eeuw: Kaai 17, 21, 97, Markt 32, Oudestraat 41en 43. Weer een paar voorbeelden:
Kaai 21
De levensboom is een vorm die stamt uit het derde kwart van de 19e eeuw: Markt 29, 33, 39, Kapellestraat 7, 10, 19, Kerkstraat 11 en 13, Warwijksestraat 27, Oliemolenstraat 8, Oudestraat 59. Nog een paar voorbeelden:
Hierbij dient opgemerkt te worden, dat deze gietijzeren levensbomen vervaardigd worden tot op de dag van vandaag. De gietijzeren levensboom fungeerde niet alleen als ornament maar had ook een functie tegen inbraak.
In de loop van de negentiende eeuw komt de rechte roeden indeling weer terug. De snijramen worden dan ook weer steeds eenvoudiger met enkele roeden of alleen hoekstukken. Een in Veere veel voorkomende eenvoudige indeling is die met een roeden kruis met in het midden een rozet: Kaai 13, 45, 51, 79, 81, 87, 91, en 107, Markt 11, 22, 31 en 34, Oudestraat 25 en 33. Kapellestraat 5 en 17, Kerkstraat 9 en Warwijksestraat 9. Hieronder een paar voorbeelden:
Emblematiek of zinnebeelden
De figuren in bovenlichten hebben vaak een verwijzende functie. Deze verwijzing kan voortkomen uit een speciale boodschap die door middel van het beeld aan de beschouwer wordt overgebracht.
Deze boodschappen kunnen een strikt individueeel karakter hebben maar kunnen ook terugverwijzen naar uit de oude historie afkomstige zinnebeelden. Voorbeelden van de eerste soort zijn: Kaai 61, Kaai 103 met de dolfijnen en Oudestraat 53 met een afbeelding van het lam Gods, deze laatste werd door een eertijds overtuigd katholieke bewoner van dit huis aangebracht.
Kaai 61
Kaai 103
Oudestraat 53
Voorbeelden van de tweede soort zijn de ruitvormen al of niet voorzien van een vierkant dan wel gevat in een maalkruis. De ruit is een typisch vrouwelijk teken en een symbolische verbeelding van de moederschoot, waaruit het nieuwe leven geboren wordt: Kaai 97, Markt 32 en Oudestraat 41 en 43.
Voorbeelden van de tweede soort zijn de ruitvormen al of niet voorzien van een vierkant dan wel gevat in een maalkruis. De ruit is een typisch vrouwelijk teken en een symbolische verbeelding van de moederschoot, waaruit het nieuwe leven geboren wordt: Kaai 97, Markt 32 en Oudestraat 41 en 43.
Kaai 21
De ruit gevat in een maalkruis of diagonale roeden, is een dubbele verwijzing naar vruchtbaarheid; het maalkruis is namelijk een zinnebeeld van de vermeerdering. De gekruiste ruit is dus een mooie combinatie van twee verwante zinnebeelden.
De ruit gecombineerd met het vierkant verwijst naar het zinnebeeld van de geploegde akker, ook al weer een dubbele verwijzing naar vruchtbaarheid.
De ruit gevat in een maalkruis of diagonale roeden, is een dubbele verwijzing naar vruchtbaarheid; het maalkruis is namelijk een zinnebeeld van de vermeerdering. De gekruiste ruit is dus een mooie combinatie van twee verwante zinnebeelden.
De ruit gecombineerd met het vierkant verwijst naar het zinnebeeld van de geploegde akker, ook al weer een dubbele verwijzing naar vruchtbaarheid.
De ruit gevat in een maalkruis of diagonale roeden, is een dubbele verwijzing naar vruchtbaarheid; het maalkruis is namelijk een zinnebeeld van de vermeerdering. De gekruiste ruit is dus een mooie combinatie van twee verwante zinnebeelden.
De ruit gecombineerd met het vierkant verwijst naar het zinnebeeld van de geploegde akker, ook al weer een dubbele verwijzing naar vruchtbaarheid.
De levensboom behoort tot de oudste zinnebeelden. Vanaf de steentijd tot de Germaanse tijd komt de levensboomsymboliek veelvuldig voor. De boom verwijst naar de voortdurende opeenvolging der jaargetijden. Uit de schijnbaar levenloze takken ontspruit elk jaar weer het jonge groen. Het is daarom het levenszinneteken bij uitstek; Kapellestraat 7, 10, 19, Kerkstraat 11, 13, Markt 29, 33, 39, Oliemolenstraat 6, Oudestraat 59, Warwijksestraat 27. Hierna weer enige voorbeelden:
De rozetten in de kruisvormige bovenlichten die men zo veelvuldig in Veere aantreft komen in een grote verscheidenheid voor. De motieven zijn bloemvormen en bladvormen maar ook verschillende variaties op het zonnerad, een oud symbool voor de terugkerende cyclus van de jaargetijden. Ook komt de toverknoop voor, een onheil afwerend teken.
Een voor Veere bijzonder bovenlicht is dat van het tot woonhuis gerestaureerde pakhuis aan de Simon Oomstraat 3.
De lantaarn in het midden van het bovenlicht is een vorm die men ook in Amsterdam veelvuldig aantreft.
Samenstelling: Jaques van Bijlevelt (tekst) en Ineke Leune-van der Hiele (foto’s)
Kies een ander thema